Op 3 mei heeft mijn moeder een lobectomie van de linker onderkwab gehad met daarin een grootcellig carcinoom van 3,3 cm. Klierstation 11 bevatte een macrometastase. TNM stadium was pT2aN1PL0. De behandeling volgens protocol met chemo heeft mijn moeder geweigerd, vanwege bestaan van perifere neuropathie. Nu, 3 maanden na operatie, kwam er uit controle CT scan het ontstaan van uitgebreide metastasen in lever. De longarts heeft nu het mutatie onderzoek gestart van DNA tumor. Mijn vraag is waarom wordt dit niet gedaan vlak na de operatie, maar pas als er metastasering is opgetreden? Waarom kan er niet gelijk na de operatie chemo of immuuntherapie op maat gegeven worden?
Volgens de (internationale)richtlijnen, wordt mutatie analyse met name verricht, op het moment dat er geen curatieve behandeling meer mogelijk is. Dit geldt dus niet voor de patienten die een radicale operatie hebben ondergaan. De standaard behandeling na een radicale operatie is in het geval van een pT2N1M0 tumor is chemotherapie. Recentelijk is osimertinib geregistreerd voor de adjuvante behandeling na volledige tumorresectie bij stadium IB-IIIA NSCLC met tumoren met epidermale groeifactorreceptor (EGFR) exon 19-deleties of exon-21 (L858R)-substitutiemutaties. Deze registratie zal tot aanpassing van de richtlijnen leiden, zodat deze specifieke groep van patienten deze behandeling kan krijgen. De vergoeding is in Nederland hiervoor nog niet geregeld.